Trainen in de zomer(vakantie) Michel Butter, ‘Zo’n paadje waarvan je denkt: waar gaat dat heen?’

Scroll this

Als hardlopen je dagelijkse werk is, laat je je loopschoenen lekker thuis als je op vakantie gaat. Marathonloper Michel Butter vind het heerlijk om even niets te doen, maar ziet wel altijd overal mooie paadjes waarvan hij zich afvraagt: ‘Waar gaat dat heen?’

‘Als ik op vakantie ga laat ik mijn loopschoenen thuis. 350 dagen per jaar ben ik heel serieus met lopen bezig, dus rust is gewoon nodig’, vertelt hij. Aanvankelijk mist hij het lopen. ‘Dan word ik een beetje onrustig; mijn lijf wil wat doen. Maar uiteindelijk vind ik het heel erg lekker om niets te doen. Het is voor mij even wennen om even geen schema te hebben. Soms zie ik ergens een paadje en denk ik: waar gaat dat heen? Maar dat moet ik dan gewoon even niet willen; ik moet even fysiek en mentaal tot rust komen.’ Voor andere hardlopers, die hun sport als hobby zien, is hardlopen op vakantie juist een fijne manier om de omgeving te verkennen en om hun conditie op peil te houden. Butter: ‘Je kunt al die paadjes in en de hele omgeving uitkammen. Ik spreek ook vaak mensen die regelmatig reizen voor hun werk en dan ook hun loopschoenen meenemen om op die manier de stad te leren kennen. Dat lijkt me een heerlijke manier van sightseeing.’ Maar ook: ‘Wie geen zin heeft in lopen tijdens de vakantie, moet zijn schoenen vooral thuis laten. ‘

Warm

Warmte is voor de marathonloper geen issue; hij kan er goed tegen. ‘Ik ga gewoon lopen; ik moet toch trainen. Ik snap soms niet waarom het voor veel mensen zo ingewikkeld kan zijn; waarom hebben ze het daar überhaupt over? Vaak vragen mensen of het niet te warm voor me is. Dat is vast goed bedoeld, maar ik ervaar het niet als negatief of het warm is of juist koud. Gladheid vind ik veel vervelender dan warm weer.’ In 2012 liep de Noord-Hollander de marathon van Boston. Met 32 graden was het warm en een bries in de rug maakte het nog warmer. De wegen waren breed, de lopers stonden volledig bloot aan de zon. Michel Butter kwam als zevende over de finish: een superprestatie onder die omstandigheden. ‘Alles is trainbaar. Ik had niet verwacht dat het in Boston zo heet zou zijn. Ze zeggen daar: ‘Als je wilt weten wat het weer wordt: kijk maar naar buiten’, zo onvoorspelbaar is het. Ik had vijf weken in Mexico getraind; in de winter al Kenia. Daardoor was ik gewend aan de warmte en dat was de mazzel. Warmte kan je prestatie beïnvloeden; als je voor een tijd wilt lopen kan dat vervelend zijn.’ Hij dronk bij elke drankpost 250 tot 300 milliliter. Van de laatste zeven kilometer kan hij zich niet veel meer herinneren, wat vertelt hoe diep hij is gegaan voor die zevende plaats. ‘Bij voorjaarsmarathons kan het soms onverwacht warm zijn. Het is goed om daar serieus rekening mee te houden door je doel voor die dag aan te passen.’

Waanzinnig

De mooiste plek om te lopen is, volgens Butter, Sankt Moritz. ‘Omdat het op hoogte ligt, is er minder zuurstof, maar door de schone, frisse lucht lijkt het of er juist méér zuurstof is. Je loopt daar omringd door de bergen met besneeuwde toppen; wat een waanzinnige plek. Soms klim ik een lang stuk tijdens een duurloop, heel easy. En een of twee keer per week neem ik de lift naar boven om koffie te drinken op de berg en te genieten van het uitzicht.’ Er is één plek waar Butter niet nog eens naartoe hoeft te gaan: Segunda in Zuid-Afrika. ‘Het was er snikheet. Je kon overdag geen vijf minuten in de zon zitten of lopen want dan brandde je weg. We konden alleen ‘s ochtends vroeg en aan het einde van de dag trainen. We liepen rondjes in een park; twee keer per dag over de zelfde paden. In Nederland kun je prachtig lopen, verdwalen in de duinen. Als hardloper ben je misschien ook wel verwend; een zwemmer zit elke dag in het zelfde baantje. Hardlopers zijn verkenners; dat zit in ons DNA.’

Favoriete hardloopschoen van Michel Butter

Submit a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *

* Checkbox GDPR is verplicht

*